Het opstelterrein voor treinstellen moet worden aangelegd in de zuidelijke oksel van de kruising A9 / N203. Die mening zijn de gemeenten Uitgeest, Castricum, Heemskerk, Beverwijk en Velsen toegedaan. Binnenkort bespreken ze deze voorkeurslocatie met de provincie Noord-Holland en aansluitend ook met ProRail en het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
De aanleg van een opstelterrein voor treinstellen is nodig in verband met het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) en leidde in de IJmond tot veel discussie. Diverse belangengroepen protesteerden tegen de verschillende varianten die voor de aanleg van het terrein waren bedacht. Omwonenden vreesden aantasting van het landschap en overlast in de vorm van licht en geluid. Aanvankelijk lieten de gemeenten ieder voor zich weten geen voorstander te zijn van het project op eigen terrein, maar geen keuze maken was ook niet wenselijk. De betrokken gemeenten menen met de nu gekozen variant aan alle bezwaren tegemoet te zijn gekomen. Immers, op de beoogde locatie wonen geen mensen en er ligt al een snelweg, dus van grote aantasting van het bestaande landschap is ook geen sprake. De uiteindelijke beslissing over de locatie voor het opstelterrein, waar vanaf 2028 ’s nachts de treinstellen schoongemaakt moeten worden, ligt bij het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Daar bestaat geen voorkeur voor een variant, verwacht wordt dat men het voorstel van de gemeenten zal overnemen. Daar is geen concrete toezegging voor, maar wel een sterk signaal. Bij het bepalen van de uiteindelijke keuze is geen rekening gehouden met de vraag van wie de grond is. (Bos Media Services).