Castricum – De fascinerende geschiedenis van de Abdij van Egmond, van haar letterlijk wonderbaarlijke stichting tot en met haar mysterieuze ondergang in de Tachtigjarige oorlog en de rol van Willem van Oranje daarin, is het onderwerp van een lezing die Paul Buitenhuis op 11 februari verzorgt in de ontmoetingsruimte van de Tuin van Kapitein Rommel.
Op 7 juni 1573 zou de Abdij van Egmond zijn verwoest. Is het uitgebreide complex van de abdij werkelijk op één dag met de grond gelijk gemaakt? Paul Buitenhuis, die zich al vele jaren heeft toegelegd op het bestuderen van de abdij en haar geschiedenis, is op zoek gegaan in oude bronnen en verslagen van ooggetuigen. Hij wilde achterhalen wat er nu precies is gebeurd. Tijdens een lezing bij de Tuin van Kapitein Rommel doet hij verslag van zijn bevindingen.
Al vanaf 1567, zo rond het begin van de tachtigjarige oorlog, kwam de abdij regelmatig in slecht weer terecht. De aanwezigheid van kostbare bezittingen in de abdij lokte verschillende plunderingen uit. Watergeuzen speelden daarbij een belangrijke rol. Het beleg van Haarlem, dat in december 1572 een aanvang nam en later het beleg van Alkmaar in 1573 bepaalden mede de teloorgang van de abdij. Zo is kennelijk bewust in het voorjaar van 1573 besloten de abdij te slopen. Willem van Oranje zou daartoe toegang hebben verleend. Doel was om stenen en balken te gebruiken bij de aanleg van de nieuwe verdedigingslinie van de stad Alkmaar.
De lezing begint om 20.00 uur (inloop vanaf 19.30 uur) en het aantal plaatsen is beperkt. Daarom dienen belangstellenden zich vooraf via www.tuinvankapiteinrommel.nl te reserveren. (Foto: Ernst Mooij)