Vorige week is de Van Speykkade een tiny house armer geworden. Liander liet door twee mannen in gele regenpakken het transformatorhuisje weghalen. Het stond er al maanden zonder functie te wachten op transport naar hoogstwaarschijnlijk een oud-ijzerboer. Tot het moment van slopen heeft het huisje meer dan 55 jaar stroom doorgegeven aan onze wijk. Als een poortwachter bewaakte hij de dertig huizen aan de Van Speykkade, terwijl hij gelijktijdig verliefd over het veld keek naar de drie stolpboerderijen aan de Brakersweg van de familie Veldt, die niet voor niets De Drie Gratiën werden genoemd.
Helemaal anoniem was hij niet; al sinds de tachtiger jaren prijkte op zijn voorkant een tag van een graffitispuiter. Zijn donkerblauwe handtekening stond in onleesbare tekens op de eveneens donkergroene buitenkant van het transformatorhuisje. Ik was eraan gehecht, net zoals de inmiddels al jaren verdwenen oranje brievenbus en de prachtig vormgegeven telefooncel aan het eind van onze straat en de Beethovensingel. Ook het gele betonnen paaltje met erop een rood bordje met een zwarte cijfercombinatie, die de plek markeerde waar de brandweer zijn slang op de waterleiding kon aansluiten, is al jaren weg.
Een omgewoelde plek in de strook gras verraadt de plaats van het huisje. Nooit meer hoeft Patrick H. op zijn rode grasmaaier van de gemeente kunstig om het transformatorhuisje te slalommen.
Fons Verbeek, Castricum